De onzichtbare wereld (2)
Wat is de opbrengst van jouw leven?
In Matteüs 13 staan zeven gelijkenissen over het koninkrijk van de hemel.
Ze gaan allemaal over ons innerlijk, over onze keuzes en de gevolgen daarvan.
De gelijkenis van de zaaier vinden we in vers 3 – 9. Het bijzondere is, dat Jezus deze gelijkenis ook uitlegt; dat doet Hij meestal niet omdat Hij het goede nieuws bewaart voor de mensen die zich ervoor openstellen (zie vers 10 – 17).
Vanaf vers 18 lezen we: Hoor en begrijp dan nu de gelijkenis van de zaaier: Bij ieder die het woord van het koninkrijk hoort maar het niet begrijpt, komt hij die het kwaad zelf is om te roven wat in hun hart is gezaaid; dit is het zaad dat op de weg gezaaid is.
Het hart is het centrum van wat er in de mens omgaat. Daar gebeurt van alles, waaronder elk van de vier situaties in de gelijkenis. En God zaait in ons hart met zijn woorden.
“Hij die het kwaad zelf is” kan niemand anders zijn dan Satan. Veel mensen geloven wel in God maar ze geloven niet in zijn tegenstander; maar die wil maar al te graag Gods plaats als onze bron van inspiratie overnemen.
Satan probeert uit het zicht te verdwijnen maar intussen horen we hem wel in onze gedachten – waar hij probeert om ons zover te krijgen dat we onze verlangens (geld, gemak, vermaak, seks) op een verkeerde manier gaan invullen; en hij laat ons daarbij denken: “dat kan toch geen kwaad, iedereen doet het toch?”
Het zaad dat op rotsachtige grond is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen en het meteen met vreugde aannemen. Maar doordat het geen wortel schiet in hen, is dat van korte duur. Worden ze vanwege het woord verdrukt of vervolgd, dan komen ze meteen ten val.
Hoe kan het dat Gods woorden in iemand geen wortel schieten?
Dat komt omdat die persoon er niet mee bezig is. Ja, de dienst is mooi, het zingen is fijn, en al die mensen in de kerk zijn erg aardig. Maar “lezen in de bijbel is veel te moeilijk; er zijn wel leukere dingen”. Als je zelden of nooit de bijbel leest en onregelmatig in de kerk komt is één ding zeker: Je wordt nooit een volwassen christen. Dan blijft jouw geloof een “slappe hap”.
In Nederland wordt bijna niemand vervolgd om zijn geloof. Maar bij veel mensen hoeft dat helemaal niet: ze durven er niet eens voor uit te komen dat ze christen zijn want ze zijn bang dat ze worden uitgelachen of dat mensen hun zullen gaan vermijden.
Weet: “als je geloof niets kost is het ook niets waard”!
Het zaad dat tussen de distels is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen, maar bij wie de zorg om het dagelijks bestaan en de verleiding van de rijkdom het woord verstikken, zodat het zonder vrucht blijft.
Het probleem van de meeste mensen in Nederland is niet de armoede (er sterft niemand van de honger). Sommigen vóélen zich wel arm als ze minder luxe hebben dan anderen (huis, auto, smartphone, merkkleding).
Rijkdom en de zeeën van vrije tijd – en vooral hoe we die besteden. Dat is ons probleem!
Wat is bij jou de verhouding: tijd voor God en voor je smartphone?
Idem: geld voor God en voor dingen die je lekker vindt (eten en drinken) en voor vermaak?
Jezus zegt dat we geen schatten op aarde moeten verzamelen maar in de hemel, want “waar je schat is, daar zal ook je hart zijn” (Matteüs 6: 21).
Schatten op aarde… wat zijn dat? Naast de dingen die nodig zijn (huis, eten, werk, gezondheidszorg) zijn het zijn bij veel mensen dingen die de verveling moeten verdrijven (uitgaan, Netflix, social media, “fun shopping”).
Bij de rechten van de mens zou “het recht op vermaak” moeten toegevoegd, toch?
Je zou het haast denken!
Het zaad dat in goede grond is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen en begrijpen. Zij zijn het die vrucht dragen, deels honderdvoudig, deels zestigvoudig, deels dertigvoudig.
Alleen luisteren naar Gods woorden is niet genoeg. Je moet ze dóén (Matteüs 7: 21) oftewel: het zaad moet vrucht dragen. Dát is de kern van deze gelijkenis; dát wil Jezus van jou en mij.
Er zijn twee soorten van vruchten:
1. Je karakter (zie Galaten 5: 22, 23)
2. Je karakter wordt zichtbaar door goede werken te doen (zie 25: 31 – 46).
In Efeze 2: 10 staat zelfs dat wij zijn geschapen om goede werken te doen.
Als je vrucht draagt, zul je merken dat er al een stukje hemel bij jou van binnen is (zie samenvatting “Een stukje hemel in je?”).
Ik hoop en bid, dat jij veel van die hemel zal gaan uitdelen!
Paul Jonker
(n.a.v. een preek in CrOsspoint Oss op 1 september 2024)